Onderzoek van hersennetwerken geeft meer inzicht in ontwikkeling van cognitieve problemen bij MS

Eerdere geavanceerde MRI-studies lieten zien dat mensen met MS met ernstige cognitieve stoornissen vooral afwijkingen hebben in het default-mode netwerk (DMN), maar hoe dit ontstaat is niet bekend. Marijn Huiskamp en collega’s vonden onlangs dat bij mensen met MS met geen of milde cognitieve problemen veranderingen in een ander hersennetwerk, het ventral attention network (VAN), zichtbaar zijn. Dit nieuwe inzicht in het mechanisme achter het ontstaan van cognitieve stoornissen geeft in de toekomst de mogelijkheid om eerder te starten met interventies om erge cognitieve stoornissen te voorkomen. De resultaten zijn onlangs gepubliceerd in het blad Neurology

Een hersennetwerk bestaat uit allerlei hersengebieden die voortdurend informatie met elkaar uitwisselen voor het uitvoeren van een taak. Het default-mode netwerk (DMN) is bijvoorbeeld belangrijk voor het goed cognitief kunnen functioneren. Een ander netwerk, het ventral attention network (VAN), regelt de balans tussen de verschillende hersennetwerken, dus welk netwerk op welk moment ‘mag praten’. Marijn Huiskamp en collega’s hebben een grote groep van 227 mensen met MS en 59 gezonde vrijwilligers tweemaal gemeten over een periode van vijf jaar. De metingen bestonden uit een uitgebreid neuropsychologisch onderzoek en een aantal MRI-scans. Op beide tijdspunten zijn de mensen met MS geclassificeerd als cognitief intact, met milde cognitieve afwijkingen of met ernstigere cognitieve afwijkingen door ze te vergelijken met de gezonde vrijwilligers.

Balans netwerk overactief
Huiskamp deed een opvallende bevinding bij de groep mensen met MS die bij de eerste meting nog goed cognitief functioneerde, maar na vijf jaar milde problemen ontwikkelde. Bij deze groep zag hij dat het VAN meer communiceerde met de rest van het brein. Het lijkt erop dat dit netwerk in verloop van de tijd steeds meer onder druk komt te staan. Eerdere resultaten lieten al zien dat het DMN afwijkend is bij mensen die ernstige cognitieve problemen hebben. Dit alles maakt dat we denken dat het VAN afwijkingen laat zien als er nog weinig tot geen cognitieve problemen zijn en dat dit uiteindelijk verschuift naar afwijkingen in het DMN die samenhangen met ernstigere cognitieve klachten. Mogelijk zorgt MS ervoor dat het VAN zijn regulerende functie niet goed meer kan uitvoeren en wordt daardoor het DMN dysfunctioneel.

Vroeg ingrijpen
Dit is de eerste studie die over tijd in zo’n grote groep patiënten de cognitie en hersennetwerken in kaart heeft gebracht. De bevindingen helpen om te begrijpen hoe veranderingen in hersennetwerken bijdragen aan cognitieve achteruitgang bij MS. In een vervolgonderzoek wordt gekeken of ontdekt kan worden hoe de veranderingen aan het VAN ontstaan. Daarnaast kunnen deze inzichten gebruikt worden om in de toekomst eerder te starten met behandelingen om ernstige cognitieve stoornissen te voorkomen. Daarvoor moet er onderzoek gedaan worden om hersenwerken op individueel niveau te meten.

Origineel artikel
Longitudinal Network Changes and Conversion to Cognitive Impairment in Multiple Sclerosis - PubMed (nih.gov)

Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door Stichting MS Research